XIII. De Casselstraat – 27 mei 1940

Bombardement op Poperinge - mei 1940

Voor de eerste maal wordt Poperinge op vrijdag 24 mei 1940, om 14 uur getroffen door Duitse bommenwerpers: ca.150 doden en ongeveer 400 gewonden.

Zwaar getroffen werd de Boeschepestraat op maandag 27 mei 1940. Op verschillende plaatsen, waaronder het klooster van de Zusters Paulinnen, het St.-Vincentius Wezen- en Ouderlingengesticht. Ook de Grote Markt, Gasthuisstraat en  de Noordstraat (Casselstraat) werd zwaar beschadigd en velen totaal vernield.

  Het St.-Vincentiusgesticht (nu: Oudstrijdersplein). Dertig knechtjes-weeskinderen en zes kloosterzusters vonden er de dood. Op 4 juni, acht dagen later werd er nog een meisje levend, volledig uitgeput vanonder het puin gehaald, terug gevonden in de kelder.

Doden geteld na 4 dagen bombardement : 271, waaronder 57 inwoners, 30 weeskinderen, 102 vluchtelingen, 26 Belgische-, 34 Franse- en 22 Engelse militairen. Twee dagen later trekken op 29 mei Duitse troepen de stad binnen.

Poperinge - Casselstraat * Maandag, 27 mei 1940

Op 27 mei 1940 werden de huizen in de Casselstraat, 15, 17, 19 en 21 totaal vernield.

  Gezicht na het bombardement. V.l.n.r.: Otto Hauspie (1903-1974) - Julia Crabbe (° Ieper, 1906), haarkapper, nu nr.21. Op het pleintje met het beeld van “De Spellewerkege” (kantwerkster) stond het huis, nr.19 van weduwe van Julianus Berat (1873-1930) - Marie Yperman (1870-1957). Op de hoek van de Casselstraat met het St.-Annastraatje en de woonde sinds 1935 Alfred Marrecau (1910-2013) - Albertine Sabbe (1917-1992), huisschilder en kunstschilder. Sedert december 2013 bewoond door Robert Romain Toussaint.

In nr.15 woonde Auguste Timperman (1885-1975) - Irma Devos (1880-1970), stukadoor-plafonneerder, gepensioneerd en zijn zoon Albert Timperman - Jeanne Verlooy.

In nr. 13, de gewezen herberg “ ’t Katje”, woonde Henri Decoker (°Rijsel,1862-1942) - Renilde Mathilde Billiau (1866-1955), bankbediende en herbergier.

Bron :

  • Poperinge in puin Mei-Juni ’40, 247 blz. 1990. Willy Tillie - Stefaan Cossey, Uitgave van de Kring voor Heemkunde “Aan de Schreve”, Poperinge.

Poperinge, Casselstraat, nr.13 - De herberg “ ’t Katje”

  Gezicht ca. 1905 – In het midden de herberg ’t Katje, wat verder op tussen de twee luifels, Casselstraat 17 en 19 bevindt zich het smalle St.-Annastraatje. Let op de waterpomp voor de deur van de herberg waarbij mensen aan het pompen staan.

 

Boven de deur van de herberg hangt een zittende kat met een lange pijp in haar mond, die ze vasthield met de rechterpoot. In de herberg was er een rokersgilde gevestigd, zoals er nog waren in Poperinge. Maandelijks kwamen een aantal clubleden bijeen en had er een wedstrijd plaats. Men moest zo lang mogelijk (ca.1 uur) het vuur blijven houden in zijn pijp met een bepaald aantal grammen tabak, meestal 3 grammen. De roking werd met belangstelling door een menigte toeschouwers gevolgd en er werd flink gerookt, zowel door mannen als door vrouwen. De pijp die men voor dergelijke aangelegenheden gebruikte was een witte stenen pijp van ca.30 à 36 cm. lang. In het cafeetje bevond zich een houten kastje. De glasplaat in de deur van het kastje waarin de pijpen van de rokersgilde waren opgeborgen was prachtig gegraveerd met daarop een vuurpot met daarboven twee stenen pijpen.

De herberg “’t Katje” bevond zich naast het huis Henri Dejonckheere-Liebert-Delaere, handelaar in brandstoffen, die later “’t Katje” aankocht en liet ombouwen tot BP-pompstation. 

Bron :

  • Poperinge in puin Mei-Juni ’40, 247 blz. 1990. Willy Tillie - Stefaan Cossey, Uitgave van de Kring voor Heemkunde “Aan de Schreve”, Poperinge.
  • Foto glasplaat uit een driemaandelijks heemkundig tijdschrift “Aan de Schreve” - Artikel van Willy Tillie.

Poperinge,  de Noordstraat  (nu: Casselstraat, nr.17 )

Gezicht: Poperinge, 23 maart 1949 – de hoek van de Casselstraat met de Sint-Annastraat bleef onbewoond tot de bouw van het bestaande huis in 1956-1958.

  Casselstraat 17  -  Gebouw van 1956-1958, dat ontworpen werd door architect Arthur J. Degeyter (Oostende-Lichtervelde).

  De Sint-Annastraat in 1958. Komende van het St.-Michielsgesticht en gaande naar “den dop” (Stempellokaal).

  Gezicht – prentkaart Noordstraat (nu Casselstraat) ca.1902.

  Noordstraat 1ste huis rechts – Nr. 17, Joseph Yperman & Géorgine Recour, kleermaker. Ernaast het erg smalle  St.-Annastraatje. Daarna het huis nr.19 van Julianus Berat & Marie Yperman met aanpalend, nr.21 van de haarkapper Otto Hauspie & Julia Crabbe.

De kleermaker “In de Schaar”, Joseph Augustin Yperman, geboren op 13 december 1873 te Moeskroen trouwde met Géorgine Recour en overleed op 1 oktober 1955 te Poperinge. Zijn moeder Silvia Cornélia Reniere (°1848) was afkomstig Poperinge en zijn vader, Joseph Ferdinandus (1844-1926) was afkomstig van Luik.

Zijn zuster, Marie Yperman (1870-1957) trouwde op 4 maart 1905 te Poperinge met Julianus Berat, geboren op 2 februari 1873 te Poperinge. Hij was de zoon van de schoenmaker, Hypolitus Léopoldus (1836-1921) en Lucia Julia Benoot (1848-1911) en woonde in de Noordstraat (nu: Casselstraat) nr. 19. Julianus overleed op 9 juli 1930 te Poperinge en zijn vrouw, Marie Yperman op 15 november 1957.

De barbier of haarkapper, Otto Jules Hauspie, geboren op 3 februari 1903 te Poperinge trouwde op 8 maart 1935 te Poperinge met Julia Maria Crabbe (°Ieper, 1906). Hij was de zoon Remi (1866-1936) en Valentina Beheyt (1873-1946) Hij overleed op 9 april 1974 te Poperinge. Zijn grootvaders zuster Virginie Hauspie (1815-1871) was getrouwd met Petrus Jacobus Willemyns (1809-1879), een zoon uit de bekende pottenbakkersfamilie uit Torhout.

Bron:

  • Groeten uit het Hoppeland. Willy Tillie - S.Cossey, uitg.Vansevenant, Poperinge. p. 111. – Uitgave van de Kring voor Heemkunde “Aan de Schreve”, 1994.

   Alfref Marrecau, aquarel - kunstschilder Gilbert Hauspie, Poperinge

  Poperinge, de hoek van de Casselstraat met de Sint-Annastraat.

De huisschilder en kunstschilder Alfred Jules Prosper Marrecau, geboren op 27 oktober 1910 trouwde met Albertine Sabbe en hertrouwde na haar overlijden met Rachel Elisa Cornelia Couttenier. Hij was de zoon van Isidore Fidélis Marrecau en Marie Sophie Tahon (°Hoogstade, 1882-1958). Alfref kocht de eigendom op 8 november 1935 van Joseph Augustin Yperman (1873-1955), overleed op 101-jarige leeftijd, op 22 januari 2013 te Poperinge.

  Schilderij op houtenplaat (92 x 54 cm) van Alfred Marrecau, toen 23 jaar oud, uit 1934 – Zijn ouderlijkhuis, stond op Hoogstade-Linde.

De wapenschilden in de Casselstraat, 17 te Poperinge

        

Krombeke                Proven                  Poperinge               Reningelst              Watou